Wandelen

2 juni. Vannacht om 1:20 uur werd ik wakker door een vreemd geluid. Ik denk dat het van iemand was die onder de douche stond. Bij het ontbijt vroeg Christien of we lekker hadden geslapen. Nou nee en ik vertelde wat ik 's nachts had gehoord. O, dan was het de man die gisteravond om 22:00 uur nog kwam, samen met zijn vrouw. Het waren geen pelgrims maar een stel dat naar het naastgelegen dorpsfeest was geweest. Het was 12 graden en dus lekker wandelweer toen we om 7:30 uur vertrokken na een knuffel van Christien. Het landschap werd zo langzamerhand weer wat mooier en gevarieerder dan de afgelopen dagen. De meeste bloemen staan al in bloei of zijn al uitgebloeid. Ik denk dat april de mooiste maand is om te wandelen. Het graan staat nog niet zo hoog zodat je een beter uitzicht/vergezicht hebt dan later in het jaar. Na enkele kilometers onze eerste kopje koffie gedronken en een banaan gekocht. Het pad waarover we liepen was vrij vlak en goed beloopbaar. Af en toe stond er een strook bos zodat we nog wat schaduw hadden. We zagen weer verschillende dieren o. a. salamanders, een konijn en een ree. Na een uur nog een pauze genomen want het volgende dorpje was nog wel een uur lopen. Na een kleine klim zagen we opeens een kraampje langs de weg. Je kon er van alles krijgen, zoals koffie, frisdrank en fruit. We kozen voor vers citroensap met water, maar kregen puur citroensap. Dit hebben we maar bij het water in onze bidon gedaan. Er was een Koreaanse jongen die het puur opdronk. Je mocht zelf bepalen wat je hem betaalde. Er stonden overal bankjes en zelfs hangmatten. We vermoeden dat de man hier ook woont omdat er boven één van de tenten een schoorsteen uit stak. We hebben hier lekker lang gezeten en genoten van de mensen die we langs zagen komen. De één liep nog heel goed, de ander zat er bijna doorheen of iemand in een boxershort. Weer ons pad vervolgend kwamen we een herder met zijn kudde tegen. Hij had meerdere, met name oude grote honden tussen zijn schapen lopen. Iets verderop zat een man met een gitaar en toen hij ons zag zong hij een lied voor ons gebaseerd op de Camino. In de verte zagen we de kerktoren van Astorga maar dat was zeker nog 5 km lopen. In het dorpje waar we eerst nog door heen moesten hebben we jus gedronken en een stokbroodje gekocht. Nog een klein uurtje en we waren in onze alberge. Hiervoor moesten we nog wel de halve stad door lopen en was het 27 graden. We kwamen op een zaal met 5 stapelbedden die allemaal bezet waren. In de alberge konden we niet eten en moesten dus daarvoor de stad in. Na een uurtje uitblazen zijn we de stad in geweest en hebben een bord spaghetti verorberd. Nog even door het stadje gestruint op zoek naar een lekker ijsje die we uiteraard wel hebben gevonden. Terug in de alberge hebben we onze spullen weer klaar gemaakt voor de volgende dag naar El Ganso en weer op tijd naar bed.
Het bleef nog wel lang lawaaiig.